Proloog
Peinzend keek hij vanaf het zonneterras van de riante villa bovenaan de heuvel uit op de Tyrreense zee, met zijn prachtige azuurblauwe en smaragdgroene kleurschakeringen. De zee was redelijk wild vandaag en hij zag de golven hun schuimkoppen op de rotsen slaan. De geur van oleanders, die in dit seizoen overal in deze omgeving opvallend aanwezig zijn, prikkelde zijn zintuigen. Aan de horizon kondigde de ondergaande zon het einde van de dag aan. Het was een prachtig gezicht om de perfect rond gevormde bol, gehuld in een oranje gloed, achter de vulkaan te zien ondergaan. Het leek wel of ze verzwolgen werd door zijn krater. Links van hem flikkerden de lichten van de oude stad Tropea, die boven op een rots statig uitstak boven de zee. Hij hoorde de knallen en zag de lichtflitsen van het vuurwerk ter ere van het feest van de madonna. Met een warm gevoel in zijn maagstreek keek hij naar de schoonheid die in de strandstoel naast hem zat en overpeinsde zijn leven. In het bijzonder het afgelopen jaar. Hij nipte aan zijn ijskoude limoncello. De stroperige citroenjenever gleed langzaam door zijn keel en hij voelde hij zich warm worden vanbinnen door het hoge alcohol gehalte. Sinds zijn scheiding was het David niet echt voor de wind gegaan. Het leek alsof hij overal alleen voor stond. Maar het leven kan soms rare wendingen nemen. Hij dacht terug aan de dag dat hij Henry ontmoette, een bijzonder aangename man. Sommigen zouden hem als vreemd beschouwen, maar je moet de kans nemen hem te leren kennen. Hoewel het meer dan een jaar geleden was dat hij hem ontmoette, kon hij zich nog elk detail van dat bijzondere moment herinneren.
Hij at zijn maaltijd in bistro 'Chez Michel' aan de rand van Hyde park waar hij regelmatig kwam. 'Chez Michel' was voor hem zowat een tweede thuis geworden. Hij werd er altijd warm verwelkomd door de eigenaar. Monsieur Michel in eigen persoon. Een kerel van bijna twee meter lang met een grappig dun snorretje, en een vreselijk Frans accent. Hij liep eeuwig gekleed in een wit hemd, een zwart gilet en een lange witte obershort. Zijn kapsel stamde uit de jaren veertig, in een middenmeet met brilcreme naar achter gekamd. Hij begroette David altijd met een welgemeend: "Bonjour mon ami", wat zowat het mooiste compliment was dat je van hem kon krijgen. Hij at die dag een heerlijke schotel van gegrilde langoustines met knoflookboter, die zo op je tong wegsmolten. Gevolgd door een ossenhaas uit de Schotse hooglanden, met ganzenlever en portosaus waar je een moord voor zou begaan. Deze zaak zou gerust een paar Michelin sterren mogen krijgen. Ware het niet dat het interieur en de keuken, hoewel heel proper, nogal verouderd waren. De muren die bezet waren met een terracotta kleurige laag brokkelden op verschillende plaatsen af en de stoelen met rietbekleding stonden wankel. Er hingen kleine schilderijtjes aan de muur, die zo vergeeld waren dat het moeilijk was de pittoreske landschappen te onderscheiden. De eikenhouten bar was bijna ontdaan van zijn laklaag en de ouderwetse porseleinen tapkranen vertoonden barsten. Monsieur Michel zat er niet mee, hij had geen hogere ambities dan de paar vaste klanten die hij had te verwennen.
Net toen hij aan zijn dessert, 'crêpes a la monsieur Michel', flinterdunne flensjes met een sausje van perzikencompote en blue Curaçao wou beginnen, kwam er een vreemd figuur de zaak binnengestapt. David vroeg zich af wat het precies was waarom hij de man zo vreemd vond overkomen. Natuurlijk! Het was zijn eigenaardige kledingkeuze. De man droeg een lange zwarte regenjas en een vilten hoed die hem een chique uitstraling gaven. Maar deze combinatie paste niet bepaald bij de zonnige 26 graden buitentemperatuur. Toen hij ongeveer in het midden van de bistro was en de zaak goedkeurend had bekeken, stapte hij resoluut op David af. Hij maakte een lichte ouderwetse buiging.
"Vindt u het goed als ik bij u aan tafel kom zitten? Ik dineer niet graag alleen en u lijkt me erg aangenaam gezelschap".
David was licht verbaasd over dit gebeuren, maar hij had wel vreemdere dingen meegemaakt in zijn leven. Hij keek naar de hoge hoed van de man en vroeg zich sarcastisch af of deze konijnen te voorschijn zou toveren.
"Natuurlijk Mijnheer en indien u van plan bent te dineren kan ik u de langoustines aanbevelen. Ze zijn boterzacht vanbinnen. Ik zou alleen niet op de schalen kauwen, die waren iets te knapperig voor mij." De man lachte hartelijk om deze opmerking.
"Vergeef me mijn ongemanierdheid, ik heb me nog niet voorgesteld!", zei hij en het leek of er lichtjes een blos op zijn wangen verscheen.
"Henry Lasbech." Hij stak zijn hand uit naar David.
"David Jennings" en gaf hem een stevige handdruk. Ondertussen was monsieur Michel aan de tafel verschenen.
" K kan oe de lankoestine met beurré knoffelook aanbevelen ", zei hij met zijn Franse accent en een air waar menig butler jaloers op zou zijn.
"Dat klinkt verrukkelijk! En de hoofdschotel laat ik helemaal aan u over, monsieur Michel "
Monsieur Michel glunderde. Zoals David hem kende, zou hij al zijn troeven boven tafel halen om deze man te imponeren met zijn Franse kookkunst. Hij verdween net zo geruisloos als hij gekomen was om zijn ding te doen in de keuken.
"Waar komt u vandaan, als ik zo vrij mag zijn dat te vragen?", vroeg David aan Henry, die nu toch zijn jas had uitgetrokken en over de stoelleuning had gehangen. Onder de jas droeg hij ook nog een coltrui en een wollen colbert. David was verbaasd dat de man niet zweette en vond zijn kledingkeuze erg vreemd. Maar zag er uit beleefdheid toch van af om hier een opmerking over te maken.
"Waar ik vandaan kom zijn de temperaturen altijd tropisch", zei hij, alsof hij Davids gedachten kon lezen.
"Ah, nu maakt u me nieuwsgierig. Waar komt u vandaan?"
"Bombay in Indië. Mijn grootouders hebben zich als jong koppel in de Engelse koloniën gevestigd, om een toekomst op te bouwen buiten het koude Engeland".
"Oh en nu bent u terug naar hier verhuisd? Of bent u met vakantie?"
Henry aarzelde even, "Voorlopig woon ik hier. Ik heb een landgoed gekocht even buiten de stad."
David werd nu wel heel nieuwsgierig, maar liet het niet blijken.
"Maar nu genoeg over mij. Wat doe jij voor de kost, David?"
"Ik ben schrijver. Vooral columns in tijdschriften, maar ooit hoop ik mijn boek te publiceren"
"Mag ik weten waar het over gaat?"
David wou antwoorden dat later wel eens zou vertellen. Maar de oprechte nieuwsgierigheid van de man vleide hem.
"Het is een beetje mijn eigen biografie. Maar ik vrees dat de meeste mensen niet in mijn leven geïnteresseerd zijn."
"Ieder mens heeft een verhaal dat de moeite is te horen!", zei Henry. En aan zijn blik was te zien dat hij oprecht verbaasd was over het gebrek aan zelfvertrouwen van David.
"Ben je getrouwd?", vroeg Henry. David was even het noorden kwijt door deze plotselinge wending van het gesprek.
"Euh..., ik ben sinds een paar maanden gescheiden", stotterde hij. Hij was blij dat op dat moment monsieur Michel verscheen met de langoustines.
"Zo, dat ruikt heerlijk!", zei Henry fel, "Ik zou nu al bijna een tweede portie bestellen." Monsieur Michel bloosde tot achter zijn oren en kon een enorme kinderlijke grijns niet verbergen.
"Bon appetit monsieur", zei monsieur Michel, en verdween achter de bar om zijn glazen voor een tweede keer te spoelen.
'Ach, je moet toch wat doen’ dacht David, heimelijk in zichzelf lachend.
"Laat het je smaken Henry", zei hij, terwijl hij toekeek hoe deze in extase was door de vlezige langoustines. Hierdoor niet beseffend dat de lookboter in een dun olieachtig straaltje over zijn kin liep.
"Dank je David. Het zijn inderdaad de lekkerste die ik ooit gegeten heb."
"Maar David, ik heb een zakelijk voorstel voor je dat je zeker zal interesseren!" David keek hem niet begrijpend aan.
"Hou je van witte wijn?"
David keek nog verbaasder. Maar voordat deze kon antwoorden riep Henry monsieur Michel al.
" Welke witte wijn past er het beste bij deze heerlijke langoustines, Monsieur Michel.?"
"iek eb een heerlijke jonke Frautige chablis, die seker uw kehemelte zal strelen"
Terwijl hun glazen werden gevuld nadat Henry als een echte kenner onder het waarderende oog van monsieur Michel de wijn geproefd had, zei Henry plotseling nonchalant "Ik wil dat je mijn biografie schrijft en ik zal je hiervoor rijkelijk belonen."
David keek alsof hij door de bliksem werd getroffen en stamelde: "Ik? Maar waarom? U kent me nauwelijks!"
"Om de simpele reden dat ik erg fortuinlijk ben en geen erfgenamen heb, wil ik met mijn geld toch anderen helpen. Maar ik ga het niet gratis weggeven, dat begrijp je ook wel." Honderden vragen suisden door Davids hoofd. Maar hij wachtte af wat de man nog verder had te vertellen.
"Ik begrijp je verbazing jonge vriend, maar zeg nog niet meteen nee”.
Geen haar op David zijn hoofd dat er aan dacht deze kans te laten schieten. Maar hij bleef op zijn hoede, was dit een grap?
"Ik ben bloedserieus David", zei hij. En nu begon David toch echt te denken dat deze man zijn gedachten kon lezen. Een kort moment was David in een tweestrijd met zichzelf, maar hij had het geld hard nodig.
"Ik kan het geld best gebruiken.", zei hij tegen Henry
Op hetzelfde moment verscheen monsieur René aan tafel met een bord waarvan de geur alleen al menig Bourgondiër zou laten weg zwijmelen. "Magret de canard à l’orange, avec les pommes dauphinois et le truffe."
Zowel Henry's als David's mond vielen open van verbazing, verse eend en truffels, in welke bistro kwam je zoiets nou tegen?
1
Met gemengde gevoelens liep David naar zijn kleine appartement, nadat hij afscheid had genomen van Henry. Ze hadden afgesproken dat hij tijdelijk zou komen inwonen in laatstgenoemde zijn landhuis op het platteland om de biografie te schrijven. Hij besefte nog niet helemaal dat zijn leven een totale ommekeer zou maken. Maar deze keer in een positieve zin.Morgenvroeg zou hij alles gaan regelen om de post door te sturen, en zijn appartement te ontdoen van bederfelijke waren. Het was al donderdag, en zaterdag zou Henry hem laten ophalen.Vrijdagochtend werd hij wakker met een enorme kater. Hij had de rest van een halve fles cognac s' avonds nog opgedronken om de start van zijn nieuwe leven te vieren. Vandaag zou hij zijn ex bellen om het nieuws te vertellen. Hij baalde bij de gedachte dat hij, zoals gewoonlijk, met lood in zijn schoenen haar moest contacteren. Ze vond hem toch maar een verliezer. Maar binnenkort zou daar verandering in komen. Dat wist hij wel zeker. Hij zou al zijn achterstallige schulden betalen en eindelijk eens met een gerust geweten gaan slapen. Hij dwong zichzelf een ontbijt van goudgele toast, jam en zwarte koffie te nuttigen. Maar eindigde door zijn ochtendroes met zwarte toast en goudgele, slappe koffie. Hij maakt nieuwe koffie en gebruikte deze keer twee koffie - pads.De koffie was zo sterk dat hij zijn hart voelde pompen in zijn borstkas, maar later voelde hij zich een stuk beter. Hij overdacht wie hij allemaal moest inlichten over de nieuwe situatie, maar kwam al snel tot de conclusie dat er buiten zijn ex niemand was. Met zijn familie was het contact verwaterd. En sinds hij geen geld meer had waren zijn vrienden stilaan een voor een weggebleven, alsof ze in rook waren opgegaan. Zo subtiel dat hij het bijna niet gemerkt had. Maar ach ja, als het echte vrienden waren geweest waren ze er nu ook voor hem geweest. Hij zat er niet mee. Hij ging in zijn makkelijke stoel zitten, en stak een sigaret op. Wanneer zou hij eindelijk eens stoppen met die rotgewoonte? Tegenwoordig werd je overal als een paria behandeld als je rookte. En hij merkte telkens als hij een trap op liep, hoe slecht zijn conditie was. Terwijl hij zat vroeg hij zich af wat Henry zijn levensverhaal zou inhouden. Hij leek een man die best wat avonturen had beleefd. Hij voelde hoe zijn maag zich als een harde bol samentrok en was best nerveus voor wat hem te wachten stond. Maar het zou wel goed komen. David was het type man dat dag na dag leefde, niet te veel nadenken over wat komen zou. Dat had hij toch niet in de hand. Zaterdag morgen om acht uur werd hij gewekt door zijn mobiele telefoon.Het wat Henry:"Goede morgen slaapkop, ben je klaar voor het grote avontuur?", vroeg hij lachend.David wreef de slaap uit zijn ogen en strekte zijn hals tot hij de nekwervels hoorde kraken."Mijn koffers staan klaar, ik moet me enkel nog even douchen en aankleden.", antwoordde hij met een rauwe ochtendstem en een smaak in zijn mond alsof hij op een dood vogeltje had gekauwd."Binnen een uur pikt mijn chauffeur je op en kunnen we gezellig buiten ontbijten. Het is prachtig weer.", zei Henry."Ik verheug me er op.", antwoordde David, waarna ze afscheid namen.
Toen na precies een uur de bel ging, keek hij door het raam en zag voor de deur een enorme limousine staan. David schrok, zoveel luxe had hij niet verwacht. Maar erg vond hij het niet, hij had nog nooit in en limousine gezeten. De chauffeur groette hem beleefd en met een lichte buiging:
"Laat me uw bagage even in de koffer zetten mijnheer."David lachte: "Zeg maar David hoor!"De man keek geschrokken. Hij was niet gewend familiaal om te gaan met relaties van zijn werkgever."Als u het niet erg vindt, houd ik het liever op mijnheer. Ik wil geen standje krijgen van de baas.", zei hij met een frons.David was licht verbaasd over deze respons, maar besloot er niet verder op in te gaan.Hij ging achter in de wagen zitten, en was aangenaam verrast toen hij bijna tot zijn middel wegzakte in de kalfsleren stoelen.Dit is pas leven! dacht hij bij zichzelf. Hier zou hij best aan kunnen wennen.Toen ze aankwamen op het landhuis gaf hij zijn ogen goed de kost. Het was een enorm landstuk met een villa gebouwd in Romaanse stijl, met zuilen en beelden in de prachtig onderhouden tuin. Hij vond het een beetje cliché en over the top, maar zag het verblijf toch wel zitten. Henry stond hem al op te wachtten in een stijlvolle ochtendjas, en een enorme havanna in zijn mond."Welkom in je nieuwe thuis.", zei hij vrolijk.David voelde zich warm worden vanbinnen. Zoveel hartelijkheid was hij niet meer gewend."Ik vrees dat ik hier heel erg aan ga wennen.", zei hij lachend, terwijl ze elkaar hartelijk de hand schudden."Laten we langzaam aan doen, dan krijg je de kans om aan je nieuwe omgeving te wennen." zei Henry tijdens het ontbijt, dat meer weg had van een brunch."Komen er nog gasten?", vroeg David, zich verbazend over het enorme buffet dat op een tafel stond uitgestald.Henry lachte: "Ik wist niet wat je graag at als ontbijt. Dus heb ik maar gezorgd dat er keuze genoeg was!"Aangezien Henry 's middags een zakelijke bespreking had, besloot David het domein te gaan verkennen. Hij wandelde door de enorme tuin, en genoot van het uitzicht en de verscheidene geuren van de prachtig verzorgde bloemen. Hij had een kort gesprek met de tuinman, maar ook deze bleef net als de chauffeur een beetje afstandelijk. Hij besloot dan maar bij het zwembad te gaan zitten, en wat aan zijn boek te werken. Hij had nu wel voldoende nieuw materiaal. Toen hij zijn laptop had opgestart, besloot hij wat hij al geschreven had nog eens opnieuw te lezen. Hij schrok van de zwartgalligheid, en besefte dat hij de laatste tijd toch erg depressief moest zijn geweest. Moest hij opnieuw beginnen schrijven? Hij besloot het niet te doen. Het was nu eenmaal een periode van zijn leven geweest. En welk nut had het om het allemaal te gaan verheerlijken? Hij werd uit zijn overpeinzingen gewekt door een vriendelijke stem achter hem:
"Goedemorgen, jij bent zeker David?"David draaide zich om en even leek het of de tijd bleef stilstaan.Achter hem stond een dame gehuld in een gouden gloed. Alleszins zag hij het zo in zijn geest. Het was een licht getinte meid met amandelvormige ogen, en zwart stijl haar tot over haar schouders. Ze liep gekleed in een dunne japon, die niets van haar prachtige figuur verborgen hield. Ze had volle sensuele lippen, een schattig klein neusje en hoge jukbeenderen."Ik ben Natascha Del Marina.", zei ze terwijl ze een perfect gemanicuurde hand naar hem uitstak. "M. . m... mooie nagels.", stamelde hij met een blos op zijn wangen en kon zichzelf wel slaan omdat hij niets beter wist te verzinnen. Maar hij was nu eenmaal erg onder de indruk van deze verschijning."Dank je wel! Ik kan uren aan mijn nagels prutsen als ik me verveel. En het ontspant me."David had de indruk dat ze zelf ook lichtelijk bloosde, maar het was moeilijk te zien door haar getinte huid."Verblijf je hier ook?", vroeg David."Ja, we gaan samen Henry zijn biografie schrijven."David schrok:
"Oh, daar heeft Henry me niets van verteld, ben je ook een schrijfster dan?""Ik heb verschillende boeken geschreven, waaronder 'opportunisme binnen de literaire wereld'. Ik vind namelijk dat teveel schrijvers gewoon inspelen op nieuwe trends in plaats van een eigen verhaal te schrijven." "Ah! Jij kan je dus met recht een schrijfster noemen.", lachte David.
"Inderdaad, maar ik weet niet of ik zo blij ben met die titel. Tegenwoordig noemt iedere verslaggever die een column schrijft zich al een schrijver. "
David schrok, hij voelde zich een beledigd door haar arrogante houding. Bedoelde ze het op hem persoonlijk?
"Columns en kortverhalen schrijven is ook een vorm van literatuur. Ik ben trouwens ook bezig aan mijn boek.", antwoordde hij verdedigend.
"Oh, heb ik op je pik getrapt? Je moet het niet persoonlijk nemen hoor. Ik neem aan dat Henry mij gekozen heeft zodat ik je professionele ondersteuning kan geven bij het schrijven van de biografie."
David kon zijn oren niet geloven. Wat een arrogante troela zeg! Hij ging zich echt niet zomaar op zijn kop laten zitten.
"Ik heb echt geen ondersteuning nodig hoor. Ik schreef al verhalen toen jij nog aan je moeder haar rok hing!"
Click Follow to receive emails when this author adds content on Bublish
Comment on this Bubble
Your comment and a link to this bubble will also appear in your Facebook feed.